Onlangs kreeg De Wieger een aantal werken van de Brabantse schilder Antoon Kruysen geschonken door verzamelaar Renée Smithuis. Om dit niet ongemerkt voorbij te laten gaan werd er op vrijdag 12 april een officiële feestelijke bijeenkomst gehouden. Renée Smithuis was natuurlijk aanwezig, maar ook familie van de kunstenaar en een aantal Brabantse kunstverzamelaars. Jef de Jager, schrijver van de biografie over Kruysen, vertelde kort over de kunstenaar. En er was de officiële overhandiging van de werken aan Katjuscha Otte, directeur van De Wieger. Een grote verrassing dat het museum niet vier, maar vijf doeken geschonken kreeg!
Smithuis verzamelde door de jaren heen diverse werken van Kruysen. Toen ze voor het eerst zijn werk zag, was ze zeer onder de indruk. Ze betreurt het dan ook dat zijn werk de laatste jaren op steeds minder plaatsen te zien is, hoewel Kruysen belangrijk is voor de Brabantse kunstgeschiedenis. Smithuis was vastberaden zijn werk een plek te geven in haar geboorteprovincie en bakermat van de schilder. De Wieger bleek een logische keuze. Al eerder was in het museum werk van Kruysen uit de verzameling van Smithuis te zien. De nieuwe aanwinsten passen goed bij de collectie van De Wieger, die gericht is op kunst uit de periode tussen de twee wereldoorlogen.
Over Antoon Kruysen
Antoon Kruysen (Boxtel 1898-1977, Chartres) was een geboren schilderstalent. Al in zijn tienerjaren had hij zijn eerste expositie. Zijn impulsieve en temperamentvolle karakter is terug te zien in zijn schilderijen. Hoewel deze schilderijen door de vele kleuren en snelle toets ‘onaf’ lijken, werkte Kruysen wel degelijk heel precies. Zijn werk wordt gerekend tot de nabloei van het Franse fauvisme. Onderwerpen waar Kruysen zich op richtte waren bijvoorbeeld circusartiesten, dronkaards en woonwagenbewoners. Werk van Kruysen is in bezit van onder andere het Musée Jeu de Paume in Parijs, het Kruysenhuis Oirschot en nu dus ook De Wieger.
Lees hier ook het artikel in het Eindhovens Dagblad.
Recent kreeg De Wieger van Dries van den Elzen een prachtige tekening van Otto van Rees geschonken. Op het werk uit de jaren ’50 is te zien hoe Valentine Prax aan het werk is in haar atelier. Gezien de grof geschetste opzet en de dikkere lijnen die daar deels bovenop zijn aangebracht is het werk niet af. Misschien was het bedoeld als voorstudie voor een schilderij. Voor zover bekend is dat schilderij er niet gekomen, maar de tekening is gelukkig goed bewaard gebleven en geeft ons een inkijkje in de werkwijze van Van Rees.
Recent kreeg De Wieger van Dries van den Elzen een prachtige tekening van Otto van Rees geschonken. Op het werk uit de jaren ’50 is te zien hoe Valentine Prax aan het werk is in haar atelier. Gezien de grof geschetste opzet en de dikkere lijnen die daar deels bovenop zijn aangebracht is het werk niet af. Misschien was het bedoeld als voorstudie voor een schilderij. Voor zover bekend is dat schilderij er niet gekomen, maar de tekening is gelukkig goed bewaard gebleven en geeft ons een inkijkje in de werkwijze van Van Rees.
De Wieger is zeer verheugd over de schenking. Het werk sluit heel mooi aan bij het verhaal van De Wieger, waarin zowel Otto van Rees als Valentine Prax een rol spelen. Hendrik Wiegersma leerde Van Rees kennen in 1923, toen deze tijdelijk in Deurne woonde. Het was Van Rees die Wiegersma tot schilderen aanzette. Valentine Prax kende Van Rees en zijn vrouw Adya Dutihl uit Parijs, waar zij alle drie een atelier hadden.
Samen met haar man Ossip Zadkine kwam Prax in de jaren ‘20 regelmatig naar Deurne. Zo kwamen ze in contact met Hendrik en Nel Wiegersma en raakten goed bevriend. Het echtpaar Wiegersma ging op hun beurt naar Parijs om beide kunstenaarsechtparen op te zoeken. Zo lag er een lijntje van de lichtstad – destijds het epicentrum van de moderne kunst – naar het Brabantse Peeldorp Deurne. De vruchten daarvan plukken we tot op de dag van vandaag; geïnspireerd door de kunstenaars om hem heen legde Wiegersma zijn fraaie kunstverzameling aan die nu in Museum De Wieger te zien is.
De nieuwe tentoonstellingen 'De schoonheid van het onbekende' en 'In de Ateliers: Michiel Coolen en Bert Roozen' zijn al gereed en te bezoeken vanaf donderdag 5 december!